Bij het uitgraven van een kelder aan de Kromme Weele in Middelburg komen elf brokstukken van een beeld tevoorschijn. Eén van de fragmenten, een metalen sleutel, is het attribuut van de apostel Petrus. Petrus geeft hiermee toegang tot de hemelpoort. Verfsporen verraden dat het beeld ooit kleurrijk versierd is geweest. Het beeld is afkomstig uit het Augustijnenklooster. Het klooster heeft ernstig te lijden onder de beeldenstorm wanneer opstandelingen zich tegen de katholieke kerk richten en beelden zoals dat van Petrus vernielen. De overgave van de stad Middelburg aan de Prins van Oranje in 1574 betekent het einde van het klooster. De geestelijken vertrekken en het klooster wordt verkocht aan de schutterij van de handboog.