Gouden voorhoofdsnaald, Walcherse dracht

Al eeuwen dragen vrouwen en meisjes handige gereedschappen op hun lichaam om hun werk in huis direct te kunnen uitvoeren. Scharen, mesjes en naalden in kokers zijn zo van die voorwerpen die aan hun rok bungelen. Een heel bijzonder voorwerp is de rijgnaald. Deze grote platte stompe naald wordt gebruikt om koord of veter door het keurs- of rijglijf te halen. Soms wordt het koord eerst ingevet met oorsmeer, de rijgnaald heeft hiervoor aan het uiteinde een lepeltje. Na gebruik wordt de rijgnaald in het haar onder de mutsband gestoken. Zo heb je het gereedschap altijd bij de hand.
In de loop van de tijd wordt deze simpele metalen naald die gedeeltelijk zichtbaar is vanonder de muts steeds mooier. Hij is van zilver of goud gemaakt en versierd met een bloemetje of er wordt een mooi steentje aan gehangen.

Wanneer de naald als gereedschap niet meer wordt gebruikt, zou je verwachten dat hij uit de garderobe verdwijnt. Niets is minder waar. In Zeeland worden de naalden groter, platter en nog fraaier. De rijgnaald wordt vanaf dat moment voorhoofdsnaald genoemd en krijgt meer een symbolische waarde. Aan de naald valt, voor wie het weet, de rijkdom en huwbaarheid van de draagster af te lezen. Draag je de naald links op het voorhoofd dan ben je vrijgezel, rechts dragen is voor gehuwden. Het aantal gegraveerde zwaantjes zegt iets over de welvaart in de familie. In de Zeeuwse streekdracht zijn voorhoofdsnaalden te vinden met twee, drie of zelfs vier zwaantjes. Vanaf eind 19e eeuw verdwijnt de naald voorgoed uit het Zeeuwse modebeeld.